Tijdens mijn bachelorstudie Klassiek Zang ontwikkelde ik interesse voor moderne en niet-alledaagse klassieke muziek. Ik ontdekte dat er weinig aandacht was voor Nederlandse en Nederlandstalige werken in dit genre. Niet uit tegenzin, maar omdat er niet heel veel muziek geschreven is en deze vaak niet toegankelijk is voor ons als musici. Veel van deze manuscripten liggen te verstoffen in archieven of zijn nooit officieel gepubliceerd. De tijd was echter nog niet rijp om mij daar verder in te verdiepen; ik vertrok eerst naar Londen om m’n masterstudie Vocal Studies te volgen. In de Guildhall School of Music werkte ik in moderne muziekprojecten, ontmoette ik moderne muziekicoon Jane Manning OBE, en kwam ik Judith Weir’s monodrama King Harald’s Saga tegen. Onbegeleid, vol drama, een stem zingt meerdere personages… en dit alles geuit middels compositietechnieken en vocale expressie. Ik vond het een bijzonder, intrigerend stuk en bedacht mij: binnen de Nederlandse traditie bestaat er wel heel veel kleinkunst, troubadoursliederen en oude, volkse melodieën.

Hoe kan ik binnen mijn klassieke genre bij deze tradities aansluiten? In 2020 kwamen al deze inspiraties tot bloei. Ik wilde iets totaal origineels creeren wat deze elementen in zich draagt en waarbij ik als persoon ook betrokken word. Niet alleen als anonieme ‘klassiek zangeres’ maar als Irene: een Oost-Nederlandse, neurodiverse vrouw. Met bijdragen van de ArtPitch -een subsidie waarbij innovatie en creativiteit voorop staan- en de Balkonscenes -van het Fonds Podiumkunsten- kon ik mijn idee uitwerken en maakte ik de volgende drie mini-opera’s: Dit is Emma – Verhalen uit het Oosten – Door de bomen

Omdat het drie stukken zijn die verhalen van vrouwen belichten en gecomponeerd zijn voor ‘onbegeleid sopraan solo’ heb ik het project EER(S)T DE DAME genoemd. Ik verbind verleden, heden en toekomst in alle lagen en elementen van de tekst, muziek en kostuum – teveel om op te noemen. En waarom werd het klosje als logo gekozen? Ik verweef origineel verhalen en klassieke muziek tot eigentijdse mini-opera’s in theatraal kostuum.

Ik heb de libretti geschreven, en zelf Verhalen uit het Oosten gecomponeerd. Voor Dit is Emma heb ik samengewerkt met componist Anne-Maartje Lemereis en voor Door de bomen met componist Jasper Swank. Ik kan de voorstellingen overal spelen omdat ik heb gekozen om theatrale, monumentale kostuums te laten ontwerpen, zonder grote decorstukken. Kostuumontwerper Martijn Kramp begreep mijn wensen en zo we hebben van concept tot einddetail samengewerkt om mijn visie tot leven te laten komen.

“Men ooren tuiten noch van ’t handgeklap, van ’t razen

Van veele lieden, die noch taal, noch zang verstaan

En meer uit grootsheid als vermaak in de Op’ra gaan:

Het is de mode askaks in Vrankrijk en Itaalje

’t Toneelspel in ’t Neerduits dat is maar voor ’t kanaalje.”

* Askaks: voor de schijn, van al dat gekakel.

* Kanaalje: gespuis

J. van Rijnsdorp, 1690